Vanaf 2021 gaan zzp’ers minimaal 16 euro per uur verdienen. Het kabinet heeft dit besloten om tegen te gaan dat zzp’ers voor een te laag tarief werken en zodoende niet rond kunnen komen.

De overheid vindt: wie voltijd werkt, moet van die inkomsten kunnen leven. Maar dat geldt momenteel niet voor 8,6 % van de zzp’ers. Het kabinet wil voorkomen dat er hiermee een groep werkende armen ontstaat. Ook zien zij in dat lage tarieven het voor zzp’ers onmogelijk maken om te sparen voor werkloosheid en om zich te verzekeren voor ziekte en arbeidsongeschiktheid. Er komt daarom een minimumtarief van 16 euro per uur. Dit tarief gaat voor alle zzp’ers gelden, zowel voor mensen met zakelijke als particuliere klanten.

Het minimumtarief geldt straks voor álle uren die een zzp’er aan een opdracht besteedt. Het tarief is exclusief directe kosten die een zzp’er voor een klus maakt. Dat wil zeggen dat kosten voor eventueel benodigd materiaal bovenop de vastgestelde 16 euro komen. Er komen geen andere criteria zoals bijvoorbeeld de duur van een opdracht. Waar een zzp’er werkt, of voor hoelang, bepaalt niet of een inkomen genoeg is om van te leven.

Hoge tarieven: wanneer zzp’ers meer dan 75 euro per uur verdienen

Bij zzp’ers met een uurtarief boven de 75 euro gaat het kabinet ervan uit dat ze kunnen sparen voor werkloosheid en pensioen en dat ze zich kunnen verzekeren. Het kabinet wil hen meer ruimte geven om te ondernemen. Deze zzp’ers krijgen daarom de mogelijkheid om een zelfstandigenverklaring te gebruiken. Hiermee kunnen ze vooraf met hun opdrachtgevers afspreken dat ze als zelfstandige het werk uitvoeren. Om de zelfstandigenverklaring te kunnen gebruiken worden een aantal voorwaarden opgesteld. Zo mag een opdracht bijvoorbeeld niet langer dan een jaar duren. Ook is een inschrijving in de Kamer van Koophandel nodig. Als zzp’ers aan deze voorwaarden voldoen, lopen ze geen risico op naheffingen zoals de loonheffing.

Handhaving door Belastingdienst en Inspectie SZW

Het kabinet heeft een handhavingsmoratorium ingesteld in afwachting van de nieuwe wetgeving voor het inhuren van zelfstandigen, dat wordt verlengd tot 1 januari 2021. De mogelijkheden tot handhaven worden aangescherpt. Ook komen er extra mensen beschikbaar om meer toezicht te houden.

Ook de Inspectie SZW heeft meer capaciteit gekregen toezicht te houden op de arbeidswetgeving. Daarnaast werken de Belastingdienst en Inspectie SZW intensiever samen zodat signalen van schijnzelfstandigheid sneller worden opgepakt.

Bronnen:
Rijksoverheid.nl
Accountantweek.nl